Sinterklaas vieren in het inloophuis

 In Nieuws

Het was weer als vanouds gezellig toen Sint Nicolaas samen met twee Pieterhulpen vrijdag een bezoek bracht aan het Inloophuis. De Sint was weer een jaartje ouder geworden, maar dat was hem niet aan te zien. Ook zijn knechts waren olijk als altijd.

De gezellige bijeenkomst begon met bingo spelen. Herman riep de getallen niet af maar vertelde een verhaal waarin ze een voor een voorkwamen. De kamer zat helemaal vol, met kinderen en oudere gasten ­ een baby kroop over de vloer ­ en de tafels lagen vol met lekkernijen en surprises.

Rond half drie kwam langs de achterdeur een Piet de kamer binnen, hij was Sinterklaas kwijt en vroeg of wij hem gezien hadden. Dat hadden we niet, maar er werd gezegd dat hij wel mocht eventjes inlopen en wachten. Na een kwartiertje betraden dan toch nog langs de voordeur Sint en een tweede Piet de kamer.

Het drietal werd met Sinterklaasliedjes enthousiast welkom geheten. Willem voegde er warme woorden aan toe. Jong en oud waren onder de indruk van de verschijning van de Sint, vooral zijn golvende witte baard en het rustige, lage stemgeluid van de oude baas. De Pieten waren niet alleen prachtig uitgedost maar maakten ook grapjes.

Er werden pepernoten uitgedeeld, handen geschud en cadeautjes gegeven. De Sint had een lang gedicht gemaakt, dat door een Piet werd voorgelezen en voor veel lachtsalvo’s zorgde. Het begon met de regels: ,,Gisteravond was het te ruw voor het klimmen op daken, daarom kon de Sint een gedichtje maken.’’ Als Pieterman per ongeluk een regel oversloeg of een woord verkeerd uitsprak, verbeterden de aanwezigen hem behulpzaam.

Opvallend was dat de Sint zich goed had laten inlichten over het Inloophuis. Hij had veel waardering voor wat daar allemaal gebeurde. Hij wist zelfs de namen van de vrijwilligers, die hij prees en bedankte. Tot slot klonken de woorden dat het fijn was om de mensen van het Inloophuis te begroeten, maar dat de Sint en zijn Pieten verder zouden moeten. Ze vertrokken onder gezang. ,,Dag Sinterklaasje, daag, daag, daag, daag Zwartepiet.